Jan Wernard van den Bergh, geboren 27 april 1893 te Schoonhoven, was werkman (slijper) bij de werf Wilton-Feijenoord in Schiedam. In het verzet was hij aangesloten bij verzetsgroep De Geuzen als sergeant bij de afdeling Vlaardingen.
Hij werd op 2 december 1940 gearresteerd (samen met de eerste 72 van het Geuzenproces) en zat in het Oranjehotel in Scheveningen in cel 597. Tijdens het proces tegen de Geuzengroep werd hij ter dood veroordeeld en op 13 maart 1941, samen met zeventien anderen op de Waalsdorpervlakte gefusilleerd. 1)